Interview met Femke Pijnenburg en Jan van Ginneken, leden van de regionale adviescommissie namens gemeente Oisterwijk
‘De regionale adviescommissie staat letterlijk in de gemeenschappelijke regeling. Je kunt er niet zomaar omheen. Die formalisatie maakt ook dat we serieuzer worden genomen door het dagelijks bestuur. Dat geeft de gemeenteraad vervolgens weer het gevoel dat we meer in de pap te brokkelen hebben. En daarmee meer vertrouwen dat we sturing kunnen geven.’
Het is 6 december. Over een uur begint de vergadering van de regionale adviescommissie. Vanavond sluiten ook burgemeester Derk Alssema (Gilze en Rijen, lid dagelijks bestuur Regio Hart van Brabant) en wethouder Bas van der Pol (Tilburg, lid poho Economie Regio Hart van Brabant) aan voor een gesprek over de governance bij Midpoint Brabant. Daarnaast staat de opzet voor de radenavond op 31 januari op de agenda.
Femke Pijnenburg en Jan van Ginneken zitten in de regionale adviescommissie (RAC) namens gemeente Oisterwijk. Wat betekent dat? Wat houdt hun rol in en hoe verbinden ze wat in hun eigen raad gebeurt met wat er in de RAC besproken wordt, en vice versa?
Wat wordt er besproken bij de regionale adviescommissie?
Femke: “Het gaat vooral om procesmatige onderwerpen. Of over de opzet van radenavonden, zoals laatst over het sociaal domein.”
Jan: “Een wethouder bespreekt met de raad alles wat nodig wordt geacht over regionale onderwerpen. Maar raadsleden moeten zelf ook scherp blijven. En als de informatielijnen ergens niet kloppen, moeten we daar iets mee. De regionale adviescommissie kan helpen door de informatiebehoefte vanuit raadsleden in te brengen.”
Extra uitleg door de redactie:
De RAC adviseert het algemeen bestuur gevraagd en ongevraagd over de informatievoorziening vanuit Regio Hart van Brabant naar de deelnemende gemeenten. In de regionale adviescommissie (RAC) zit per gemeente één raadslid met een plaatsvervanger.
Meer informatie over de RAC vind je op www.regio-hartvanbrabant.nl/rac.
Hoe verloopt de afstemming tussen jullie en jullie eigen raad?
Jan: “Onze raad in Oisterwijk heeft nu al vaak gehoord dat de RAC belangrijk is en waarom. Wij voelen daarbij veel vertrouwen vanuit onze raad. Dat komt door uitspraken als: ‘Jullie doen dat goed, dus ga er zo mee door’ en ‘Als jullie daar aan tafel zitten, dan geloof ik het wel’. We hebben al een paar keer een avond gehouden om de raad mee te nemen in de plannen die binnen de regionale samenwerking worden neergelegd. Het is wel zoeken naar balans in hoeveelheid informatie en keuzemogelijkheden. De raad moet goed worden meegenomen, maar niet overladen.”
Kun je een voorbeeld geven van uitwisseling tussen jullie als RAC-leden en jullie raad?
Femke: “Bij de totstandkoming van de kernagenda hebben we in onze raad een sessie georganiseerd rondom de vraag wat we aan zienswijzen wilden aandragen vanuit Oisterwijk. Op die manier konden we onze raad goed betrekken. Ook was er een bijeenkomst voorafgaand aan de instelling van de RAC. Daarbij ging het om de vraag wat die regionale adviescommissie inhoudt, wat de regionale samenwerking betekent en wat je daar als raad mee kunt.”
Jan: “De momenten die we echt kiezen om bewust onze raad mee te nemen, zijn ijkpunten. Als er echt iets groots aan komt. Daarnaast willen we de meer dagelijkse gang van zaken ook globaal – eens in de zoveel commissies bijvoorbeeld – beter duiden: dit is er gebeurd, dit zit eraan te komen, dit is de verwachting.”
Er is dus in Oisterwijk nog ruimte voor verbetering in de uitwisseling tussen RAC en raad?
Femke: “Ik denk dat we het afgelopen jaar wat minder hebben teruggekoppeld en dat we de terugkoppeling vanuit de RAC echt nog moeten gaan borgen in het hele proces, in de cyclus. We hebben binnen onze raad altijd wel actualiteitensessie waar de wethouders en de burgemeester terugkoppelen vanuit Regio Hart van Brabant. Alleen is het wel de bedoeling dat wij dat dan ook gaan doen, specifiek vanuit de RAC. We moeten dit nog een plekje in die cyclus geven.”
De regionale adviescommissie bestaat nu twee jaar. Daarvoor bestond er een klankbordgroep raden. Jullie zijn allebei vanaf het begin betrokken geweest. Hoe verschillen deze twee organen van elkaar?
Femke: “Het is echt anders. Dat zit hem alleen al in de naam. We geven nu formeel advies in plaats van enkel klankbordgroep. Leden van het dagelijks bestuur van Regio Hart van Brabant sluiten periodiek aan bij de RAC. Dat is ook echt goed voor de beeldvorming en het draagvlak. En de commissie staat letterlijk in de gemeenschappelijke regeling.”
Je kunt er niet zomaar omheen. En dan nog hebben we het als RAC-leden wel zelf te doen, en goed te doen.
Femke Pijnenburg
Jan: “Die formalisatie maakt ook dat we serieuzer worden genomen door het dagelijks bestuur. Dat geeft de gemeenteraad vervolgens weer het gevoel dat we meer in de pap te brokkelen hebben dan vorige keer. En daarmee meer vertrouwen dat we sturing kunnen geven.”
Kunnen jullie een voorbeeld geven van onderwerpen waarover je vanuit de RAC het dagelijks bestuur van Regio Hart van Brabant adviseert?
Jan: “Een lange-termijnagenda”.
Femke: “Een stoplichtrapportage, waarin staat welke kernagenda-activiteiten lopen en welke nog niet. Met het regiobureau verkennen we of dit mogelijk is.”
Jan: “Eigenlijk hebben we al superveel besproken. Denk ook aan de nieuwe website en in welke vorm en op welke wijze de informatievoorziening naar de raden loopt. Allemaal zaken waar we het als klankbordgroep voorheen niet over hadden. Toen bespraken we alleen radenavonden. En dan niet zo gedetailleerd als nu. Onze woorden dragen nu meer gewicht en hebben meer effect. De RAC voegt in deze vorm echt iets toe en is een verbetering op hetgeen we eerst hadden.”
Formeel is Femke lid van de RAC en Jan plaatsvervangend lid. Wat betekent dat?
Jan: “In de praktijk betekent het niet zoveel. We komen gewoon alle twee en als de een niet kan dan zorgt de ander dat die wel kan. Dat is niet zo van iedere gemeenteraad hoor, maar wij vinden dit allebei bijzonder interessant. Het maakt niet uit of lid of plaatsvervangend lid naar een vergadering komt. We hebben afgesproken dat iedere gemeente één stem heeft binnen de RAC. Wie die stem dan uitbrengt, maakt niet uit. Ik zou ook niet willen vastleggen dat maar één lid mag komen, want dan kom je weer in de spagaat met de balans coalitie – oppositie. Welke van de twee mag dan komen?”
Wat bedoel je met de balans coalitie – oppositie?
Jan: “Dat er twee leden uit één gemeenteraad (met één stem) zitting kunnen nemen in de RAC, is omdat we een eerlijke verdeling wilden in afvaardiging uit zowel coalitie als oppositie. Op die manier probeerden we vooral de goede afvaardiging te ondervangen bij gemeenten waar moeite is met vertrouwen tussen coalitie en oppositie. Daarbij hebben we geluk in Oisterwijk nu. En het feit dat Femke en ik allebei van een coalitiepartij zijn én bij de RAC zitten, zegt veel. De oppositiepartijen vinden dat namelijk ook goed. Er is veel vertrouwen in onze raad. Maar dat kan een volgende raadsperiode weer anders zijn. En dan is per gemeenteraad de verdeling coalitie – oppositie een goed uitgangspunt voor de RAC”.
Je zit dus in de RAC namens je raad en niet namens je partij. Hoe pakt dat voor jullie uit?
Jan: “Ik kan me voorstellen dat dat voor sommigen lastig is. Maar omdat Femke en ik allebei een achtergrond in de bestuurskunde hebben, kunnen we er ook met enige afstand naar kijken. Als het gaat om onderwerpen die in de RAC aan bod komen, moet de focus op proces en informatievoorziening liggen en dan moet je daar dus met wat meer afstand naar kijken dan vanuit je partijperspectief.
Wat ik interessant vind, is dat je vanuit partijpolitiek prima iets kunt doen binnen de regio, maar dan moet je over de gemeentegrenzen heen gaan kijken en je samenwerkingspartners vinden. Niet in de RAC. Punten die bijvoorbeeld zuiver D66 zijn, horen niet in de RAC. Die moeten we via een andere lijn inbrengen.”
Hoe kijken jullie in z’n algemeenheid aan tegen onze regionale samenwerking?
Femke: “Ik heb onderzoek gedaan naar regionaal samenwerken en er een scriptie over geschreven. Ik durf daarom te zeggen dat we het goed doen in Regio Hart van Brabant. We hebben een regionale adviescommissie, ik heb het idee dat onze wethouders zijn goed aangehaakt en er is volgens mij goede afstemming tussen de ambtelijke organisaties onderling. Volgens mij is die samenwerking hier gewoon echt ontzettend goed geregeld en kunnen heel veel regio’s er heel veel van leren.”
Jan: “Hiervoor zat ik in de gemeenteraad van Haaren. Die gemeente was aangesloten bij de gemeenschappelijke regeling van Noordoost-Brabant (omgeving Den Bosch). Een sprekend voorbeeld van de verschillen tussen de regio’s zie je bij de regionale energiestrategie. Daar waar in Noordoost-Brabant gemeenten meer keken naar hun eigen belangen, wordt er hier in Hart van Brabant veel meer samengewerkt voor de best passende oplossing voor een voorliggend probleem. Gaat om hoe we de regio eruit willen laten zien, niet individuele gemeenten. We doen het goed hier.
Daarbij wel een kanttekening, want over het algemeen vind ik dit soort gemeenschappelijke regelingen als instituten ‘het huis van Thorbecke op z’n kop’. Daarin worden we door het Rijk gedwongen een soort regiogemeente te worden. Maar dan vind ik dat wij het als Regio Hart van Brabant wel goed hebben ingericht en dat we als raad echt zeggenschap en kracht hebben.”
Femke: “Natuurlijk gaat niet altijd alles goed en hadden we als raden soms echt eerder betrokken kunnen worden. Maar bij de echt grote onderwerpen worden we echt wel vroegtijdig betrokken en goed meegenomen.”
Jan: “Ben ik blij met regionale samenwerking? Nee. Maar als het er is, dan hebben wij de beste!”
Nog een laatste oproep aan mede-raadsleden?
Femke: “Je kunt altijd bij je eigen RAC-lid terecht! Vind je eigen wethouder voor vragen over de inhoud. En gebruik je RAC-lid daar ook bij. Een overzicht van RAC-leden vind je op de website van Regio Hart van Brabant. En kom vooral naar de radenavonden.”
Zoek elkaar op bij de radenavonden. Je kunt elkaar versterken als je elkaar weet te vinden regionaal.
Jan van Ginneken